Alzheimer Nederland
Ga direct naar de contentGa direct naar de footer

Wat is het verschil tussen een ‘gewone’ tandarts en een tandarts-geriatrie?

“Ik zal je een voorbeeld geven. Ik kwam ooit eens bij een mevrouw van 85 over de vloer die dementie had. Zij woonde dus nog gewoon thuis, maar kreeg wel hulp van de thuiszorg. Thuiszorg had de huisarts een seintje gegeven omdat deze mevrouw een dikke wang had, en daarom ging ik bij haar langs. Mevrouw had het abces zelf niet bemerkt en zag er zelf de noodzaak niet van in. 

Een gewone tandarts zou in zo’n geval misschien zeggen: ‘Daar zit een abces, dat moeten we eruit snijden!’ Een tandarts-geriatrie zegt dan: ‘Hier zit een abces, maar kan ik dat zomaar behandelen? Laat de gezondheid dat toe? Wat vindt de familie er eigenlijk van? Hoe kijkt de huisarts hiernaar? Hoe krijg ik deze mevrouw bij de tandarts en bij welke tandarts dan?’ Er kunnen een heleboel redenen zijn waarom iemand niet meer naar de tandarts kan, en dan is het dus heel belangrijk om hier een plan voor op te zetten. Want het gebit van ouderen is dikwijls zo complex, vaak is er al heel veel aan gebeurd of ze hebben andere ziekten, daar moet echt rekening mee gehouden worden. Je kijkt dus echt naar het complete plaatje.“ 

 

Als je op bezoek gaat bij iemand waarvan je weet dat hij of zij dementie heeft, pak je dat dan anders aan?

  “Ik probeer me in alle situaties zo op te stellen dat ik nooit als bedreigend overkom. Dat zit al in de manier waarop mensen bij mij in de praktijk behandeld worden: ze liggen niet in een stoel, maar zitten op ooghoogte met mij. Zo houd je namelijk contact, en ga je een connectie aan met elkaar op basis van respect en vertrouwen. In het verpleeghuis heb ik weleens te maken gehad met iemand die doodsbang was voor de tandarts. Die kun je niet plat in een stoel leggen, de mond met geweld open trekken en dan maar aan de slag gaan. Hij is eerst meerdere keren bij me ‘op bezoek’ geweest, en toen hebben we gewoon over zijn kinderen gekletst. Pas na een paar keer vroeg ik hem of ik eens even naar zijn gebit mocht kijken, en dat was toen geen probleem meer. Hoe je mensen benadert kan zoveel verschil maken.  

Voor mensen met dementie specifiek is het belangrijk om flexibel om te gaan met de mogelijkheden, en soms gewoon mee te gaan in het verhaal van iemand. Zo kwam er eens een mevrouw langs die zei dat ze van haar moeder nog maar eens naar de tandarts moet. Mevrouw was 85, dus dat was niet helemaal meer mogelijk. Dan kun je ervoor kiezen om te zeggen: ‘Maar u kunt helemaal geen moeder meer hebben!’ Of juist meegaan in de beleving en eens vragen waar het gezin vandaan komt. Toen kwam er een prachtig verhaal over hoe ze heel lang in een boerderij hebben gewoond, hoe het leven daar was en hoe streng moeder soms kon zijn. Daar kom je alleen door gewoon mee te gaan in de beleving van iemand zonder te corrigeren, en heb je een prachtig gesprek. Op deze manier geef je de persoon ook niet het gevoel dat ze iets verkeerd doen, want dat is natuurlijk ook helemaal niet zo.  

Ik heb het ook ooit meegemaakt dat een mevrouw iedere keer als ik de boor aanzette enorm schrok. Dat kan de eerste, en de tweede keer, maar je verwacht dat mensen na een aantal keer wel begrijpen wat er gaat gebeuren. Dan kan je zo’n derde keer zeggen: Joh, je weet nu toch wel wat er gaat gebeuren! Of je blijft rustig en legt het gewoon nog een keer uit.  

Ook is het goed om flexibel te zijn in je benadering, want hoe ga je er bijvoorbeeld mee om als mensen dingen niet meer willen? Bijvoorbeeld als ze een prothese hebben die ze niet uit willen doen? Wat bij mij goed werkt is om het dan op een andere manier te gaan vragen. ‘Wil je de prothese uitdoen? Nee.’ Hou dan eens twee handen voor de mond van mevrouw of meneer, en kijk of ze uit automatisme het gebit uitdoen en in je handen leggen. Dan heb je toch je doel bereikt, alleen door de manier van vragen aan te passen! Dat kan op dit soort momenten hét verschil maken.” 

Tandarts dementie geriatrie

Waarom is zorgen voor een goed gebit zo belangrijk?

“Ik stuur altijd aan op preventie, en dus het gebit gezond te houden in plaats van problemen op te lossen als ze zich aandoen. Dat doe ik omdat zaken nu soms nog goed te behandelen zijn, maar over vijf jaar misschien niet meer. En dat gaat niet alleen over de fysieke gezondheid van iemand: dat gaat ook over de mogelijkheid om naar behandelingen toe te gaan. Mensen kunnen de afspraak vergeten, geen mogelijkheid tot vervoer hebben of angstig zijn, en dan wordt het probleem steeds groter. Dan kun je op een vroeg moment een planning maken, hier een plan voor opstellen, de tandarts goede instructies meegeven, en dan boek je mooie resultaten.  

Want daar gaat het ook om: het ‘opleiden’ van professionals. Ik begeleid de tandarts bijvoorbeeld in sommige situaties, geef aan hoe lang ik denk dat er nodig is voor een afspraak maar dat er ruim gepland moet worden. Laat de afspraak bijvoorbeeld voor de lunchpauze plaatsvinden, zodat je kunt uitlopen. En als het moment van de afspraak er is, dan ga ik als dat nodig is zelf mee de eerste keer of zorg ik ervoor dat die afspraak stipt op tijd begint, want anders raakt de persoon misschien in de war en loopt hij of zij weg.” 

Heb je een tip in het omgaan met iemand met dementie?  

“Mijn grootste tip is dat je contact moet blijven maken met de persoon en iemand altijd serieus moet nemen. Kijk dus ook serieus naar zijn of haar wensen. Blijf altijd in het belang van de persoon denken, en praat altijd mét hem of haar. Nooit over.” 

Gratis spreekuur 

Peter houdt een gratis telefonisch spreekuur "Ouderen en mondzorg". Een prachtig initiatief waarmee Nederland dementievriendelijker is geworden. Heb jij een vraag voor hem? Bel dan op woensdag tussen 13.30-14.30 uur naar KBO Brabant  073 – 303 64 44 en hij zal je verder helpen.